Erkennings- voorwaarden
Om als dienstenchequebedrijf te worden erkend, moeten bepaalde voorwaarden en verschillende verbintenissen worden nageleefd.
Om als dienstenchequebedrijf te worden erkend, moeten bepaalde voorwaarden en verschillende verbintenissen worden nageleefd.
Er moet een onderneming zijn opgericht, die bestaat uit om het even welke rechtsvorm. Immers, elke onderneming kan een dienstenchequebedrijf worden: een handelsvennootschap, burgerlijke vereniging met een handelskarakter, vereniging zonder winstoogmerk, gemeente, plaatselijk werkgelegenheidsagentschap (PWA), openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn (OCMW) of vereniging van openbare centra voor maatschappelijk welzijn, inschakelingsonderneming, uitzendbureau of natuurlijke persoon.
De activiteit of het maatschappelijke voorwerp van de onderneming moet minstens gedeeltelijk bestaan uit het leveren van thuishulp in de hoofdverblijfplaats.
Als de betreffende onderneming andere activiteiten verricht dan degene die volgens de dienstenchequewetgeving zijn toegelaten, moet intern een afdeling sui generis worden opgericht voor de dienstenchequeactiviteit.
De onderneming mag:
- geen achterstallige rekeningen hebben op het vlak van belastingen, sociale bijdragen of door Brussel Economie en Werkgelegenheid teruggevorderde bedragen;
- zich niet in staat van faillissement bevinden;
- geen bestuurder, zaakvoerder, lasthebber of andere medewerker die bevoegd is om de onderneming te verbinden, hebben aan wie de uitoefening van een dergelijke functie verboden is geweest als gevolg van een gerechtelijk verbod.
Ze verbindt zich ertoe onder de bestuurders, zaakvoerders, lasthebbers of personen bevoegd om de onderneming te verbinden, geen personen te hebben die:
- ontzet werden uit hun burgerlijke en politieke rechten;
- in de voorbije vijf jaar aansprakelijk zijn gesteld voor de verbintenissen of schulden van een gefailleerde vennootschap of door de rechtbank niet verschoonbaar zijn verklaard, of veroordeeld zijn voor een inbreuk op fiscaal of sociaal vlak of op de reglementering over de dienstencheques;
- in de voorbije drie jaar verwikkeld zijn in minstens een faillissement, vereffening of gelijkaardige verrichting, of bestuurder, zaakvoerder, lasthebber of persoon bevoegd om de onderneming te binden geweest zijn van een onderneming waarvan de erkenning op beslissing van de minister van Werkgelegenheid werd ingetrokken of die de erkenning ambtshalve verloren heeft (behalve in geval van inactiviteit).
Om de naleving van die voorwaarde in het bijzonder bij controle aan te tonen, wordt elke persoon die de onderneming kan verbinden verzocht om een verklaring op erewoord te ondertekenen.
De erkende ondernemingen hebben er dus alle belang bij om de verklaringen op erewoord van alle personen die de onderneming kunnen verbinden continu te bewaren.
Het model van verklaring op erewoord downloaden.
Werknemers
Het bedrijf verbindt zich ertoe om
- zijn dienstenchequewerknemers als dusdanig aan te geven in de multifunctionele aangifte (DmfA);
- via de beveiligde ruimte op de website dienstencheques.brussels het uitgiftebedrijf de lijst te bezorgen van alle in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest gelegen vestigingseenheden, alsook de werknemerslijst;
- Brussel Economie en Werkgelegenheid binnen termijn de nodige gegevens bezorgen voor de jaarlijkse evaluatie die de wet oplegt;
- de werknemers noch de klanten rechtstreeks of onrechtstreeks te discrimineren;
- om de vijf jaar een ondertekend exemplaar van het "Brusselse Diversiteitscharter in de dienstenchequesector" (.docx) aan Brussel Economie en Werkgelegenheid te bezorgen. Het document wordt gedateerd en ondertekend door de persoon die de onderneming mag verbinden;
- de volledige reglementering met betrekking tot de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van buitenlandse onderdanen en de tewerkstelling van buitenlandse werknemers te eerbiedigen.
Gepresteerde uren en terugbetaling
De onderneming maakt, voor terugbetaling van de prestaties verricht tijdens een bepaald kwartaal, aan het uitgiftebedrijf hoogstens evenveel dienstencheques over als het aantal arbeidsuren dat werd gepresteerd door werknemers met een arbeidsovereenkomst dienstencheques en gedurende deze periode werd aangegeven bij de RSZ;
De onderneming, met of zonder afdeling sui generis, verbindt zich ertoe de registratie van de dienstenchequeactiviteiten zodanig te organiseren dat exact kan worden nagegaan wat het verband is tussen de maandelijkse prestaties van iedere individuele dienstenchequewerknemer, de gebruiker en de overeenkomstige dienstencheques.
Het staat de onderneming vrij te bepalen op welke manier ze deze registratie organiseert, maar ze is verplicht om de dienstencheques gegroepeerd per maand waarin de betreffende prestaties werden verricht, over te maken aan het uitgiftebedrijf met het oog op terugbetaling.
Zie model voor minimale registratie van prestaties (.xlsx). (Dit model is niet verplicht. Elk ander model dat aan de reglementaire voorschriften voldoet, mag worden gebruikt.)
Sui-generis afdeling
Een onderneming die andere activiteiten verricht dan degene die zijn toegestaan via de dienstenchequewetgeving, en die eveneens dienstenchequeactiviteiten wenst te ontwikkelen, moet voor deze nieuwe bedrijfstak intern een sui-generis afdeling oprichten.
Deze sui-generis afdeling moet een specifieke verantwoordelijke hebben.
Ze moet herkenbaar zijn als erkende onderneming, door de publiciteit daaromtrent.
Deze sui-generis afdeling impliceert dat de dienstenchequeactiviteiten apart van de andere activiteiten van de onderneming worden geregistreerd (ten behoeve van de sociale overlegstructuren in de onderneming, de sociale inspectie, enzovoort). De registratie moet op een zodanige wijze georganiseerd worden dat het verband tussen de maandelijkse prestaties van iedere dienstenchequewerknemer, de gebruiker en de overeenkomstige dienstencheques nauwkeurig kan worden nagegaan. Het moet mogelijk zijn de dienstenchequeactiviteiten te controleren.
De sui-generis afdeling moet een aparte boekhouding voeren voor de dienstenchequeactiviteiten.
In het algemeen verbindt de onderneming zich ertoe alle wettelijke en reglementaire condities na te leven die in de wetgeving en de reglementering inzake dienstencheques zijn opgenomen.
Lees meer
Diversiteit
Download het "Brusselse Diversiteitscharter in de dienstenchequesector"
Regelgeving
- Wet van 20 juli 2001 tot bevordering van buurtdiensten en -banen
- Koninklijk besluit van 12 december 2001
- Ministerieel besluit van 26 juni 2017 tot vaststelling van de modaliteiten voor de indiening en de behandeling van de aanvragen tot bijkomende
- Besluit nr. 2020/0012 van bijzondere machten betreffende de invoering van steunmaatregelen voor de erkende dienstenchequeondernemingen en hun werknemers naar aanleiding van de dringende maatregelen om de verspreiding van het coronavirus Covid-19 te beperk
- Besluit nr. 2020/032 van bijzondere machten tot verlenging van de maatregelen uit besluit nr. 2020/012 betreffende de invoering van steunmaatregelen voor de erkende dienstenchequeondernemingen en hun werknemers (nav COVID-19) Meer